Jarenlang hebben we gedacht dat belonen het enige middel was om de motivatie van medewerkers te vergroten. Daar hoorde een transactionele manier van leidinggeven bij. Maar inmiddels weten we dat aan de geldknop draaien niet werkt om medewerkers te motiveren. Die wetenschap maakt dat andere leiderschapsstijlen in opmars zijn, bijvoorbeeld transformationeel leiderschap. In dit artikel ontdek je wat transformationeel leiderschap is en hoe dit kan bijdragen aan het succes en de groei van jouw organisatie.
Transformationeel leiderschap is een manier van leidinggeven die de intrinsieke motivatie van medewerkers vergroot. Dat wil zeggen dat medewerkers uit zichzelf gemotiveerd zijn om hun beste werk te leveren, omdat ze daar zelf het belang van inzien.
Leiders hebben een duidelijke visie en dankzij hun charismatische persoonlijkheid kunnen ze anderen hierin mee te nemen. Tegelijkertijd maken ze de weg vrij voor medewerkers, zodat zij hun volle potentieel kunnen ontdekken en inzetten. Leiders hebben vooral een inspirerende, motiverende en stimulerende rol.
Medewerkers krijgen de ruimte om creatief en innovatief te zijn, wat uiteindelijk bijdraagt aan het succes en de groei van de organisatie. Transformationeel leiderschap past dus goed bij organisaties die willen verbeteren, vernieuwen en veranderen.
Transactioneel en transformationeel leiderschap zijn twee leiderschapsstijlen die vaak tegenover elkaar worden geplaatst. Wat is precies het verschil?
Het grootste verschil tussen transformationeel en transactioneel leiderschap is de manier waarop leiders hun medewerkers motiveren om goed werk te leveren. Transformationeel leiderschap is zoals gezegd gericht op het vergroten van intrinsieke motivatie.
Transactioneel leiderschap gaat ervan uit dat belonen de enige manier is om de motivatie te vergroten en prestaties te verbeteren. Deze manier van leidinggeven is dus gericht op het vergroten van extrinsieke motivatie.
Lees ook: Is transactioneel leiderschap nog wel van deze tijd?
De kenmerken van transformationeel leiderschap en de eigenschappen die een transformationele leider bezit:
Intrinsieke motivatie. Intrinsieke motivatie wordt gezien als de drijvende kracht achter betere prestaties en daarmee het succes en de groei van een organisatie.
Visie. Transformationele leiders hebben een duidelijk beeld van waar de organisatie naartoe moet en hoe daar te komen. Dankzij hun charisma zijn ze in staat om anderen hierin mee te nemen.
Motivatie en inspiratie. Transformationele leiders inspireren medewerkers om verder te gaan dan hun eigen verwachtingen en prestatieniveaus. Ze creëren een omgeving waarin medewerkers intrinsiek gemotiveerd zijn en betrokken zijn bij hun werk, collega’s en de organisatie als geheel.
Uitdaging. Transformationele leiders dagen medewerkers uit om met nieuwe ideeën te komen, te experimenteren en risico’s te nemen. Dit zorgt voor meer creativiteit en innovatie, waar een organisatie uiteindelijk ook de vruchten van plukt.
Individuele aandacht. Transformationele leiders geven individuele aandacht aan medewerkers, begrijpen hun behoeften, sterke punten en ontwikkelingskansen, en bieden ondersteuning om hun potentieel te vergroten.
Persoonlijke betrokkenheid. Leiders zijn betrokken bij het welzijn en de ontwikkeling van hun medewerkers. Niet alleen op zakelijk, maar ook op persoonlijk niveau. Leiders erkennen dat hun medewerkers ook mensen zijn met een privéleven.
Empathie. Transformationele leiders tonen empathie, begrip en gevoeligheid voor de emoties en behoeften van hun medewerkers.
Charisma. Transformationele leiders hebben een charismatische persoonlijkheid waarmee ze anderen kunnen overtuigen, enthousiasmeren en aan boord kunnen krijgen.
Volgens transformationeel leiderschap is intrinsieke motivatie de drijvende kracht achter betere individuele prestaties, en daarmee het succes en de groei van een organisatie. Die motivatie is er al, maar als leider kun je dit op verschillende manieren positief beïnvloeden. Spoiler alert: meer salaris gaat er niet voor zorgen dat medewerkers gemotiveerder raken.
Daniel Pink (auteur van het boek ‘Drive’) ontdekte drie factoren die een belangrijke rol spelen bij het vergroten van intrinsieke motivatie:
Professionele en persoonlijke groei. Als iemand aangeeft zijn of haar werk niet leuk te vinden, praat dan over groei in plaats van over geld.
Vrijheid en autonomie. Dit gaat om het vinden van balans tussen vrijheid bieden en regels opleggen. In de praktijk zien we nog vaak het ene of het andere uiterste: micromanagen of laten zwemmen.
Verbondenheid. Mensen hebben behoefte aan betekenisvolle contactmomenten.
Lees ook: Betrokkenheid is niet te koop
Om de intrinsieke motivatie van medewerkers te vergroten, zijn dus drie dingen belangrijk: stimuleer groei, geef mensen vrijheid en creëer verbondenheid. Wederzijds vertrouwen tussen leiders en medewerkers is hiervoor een noodzakelijke randvoorwaarde. Met andere woorden: dit kan alleen in een cultuur met vertrouwen als basis.
Leiders moeten durven loslaten en erop vertrouwen dat medewerkers zelf het beste weten hoe ze hun werk kunnen doen. En andersom moeten medewerkers erop vertrouwen dat hun leiders bekwaam zijn en het beste met hen voorhebben.
Net als elke andere leiderschapsstijl kent ook deze manier van leidinggeven een paar nadelen. Een grootse, inspirerende visie komt bijvoorbeeld niet altijd samen met een duidelijk plan van aanpak over hoe daar te komen. Een visie kan ook zo groots zijn, dat het bereiken ervan onmogelijk of overweldigend voelt. Dit kan ontmoedigen en stress veroorzaken.
Een andere valkuil is dat een transformationele leider per definitie verandering in een organisatie brengt. Maar soms kan dat verstorend zijn. Leiders moeten ervoor zorgen dat verandering plaatsvindt in het belang van de organisatie. Niet veranderen om te veranderen, dus.